dinsdag 23 april 2013

Baby- peuter- en kleuterperikelen


Zo, hier zijn we dan eindelijk! Jullie dachten dat er nooit meer een berichtje op deze blog zou verschijnen hé maar jullie zijn nog niet van ons af. Integendeel, binnenkort krijgt ons team zelfs versterking want... mama heeft een baby in haar buik! Al heeeeeel lang hoor! Elke dag vraag ik wel een paar keer wanneer de baby er nu eindelijk uitkomt en steeds krijg ik hetzelfde antwoord: 'dat is een verrassing, jongen' of 'als de baby te groot geworden is voor mama haar buik'. Ik mag elke dag op de kalender een kruisje zetten zodat ik kan volgen hoelang het nog is.
Er wordt hier erg veel over 'de baby' gepraat dus ik verwacht er veel van. Over mij moeten ze zich geen zorgen maken, ik bewijs immers dagelijks dat ik een goede grote broer ben. Ok ok, als ik heel eerlijk moet zijn, zou ik af en toe wat liever moeten zijn voor mijn zus maar uiteindelijk ben ik een kleuter en word ik dus verondersteld het mijn ouders niet altijd gemakkelijk te maken want anders zouden ze zich vervelen. Maar over het algemeen ben ik dus een bezorgde en attente zoon en broer. Ik ben laatst trouwens mee mogen gaan naar de dokter om naar de baby te gaan kijken. Nu ja, ik heb die dag geen baby gezien hoor. Ik dacht dat ze mama haar buik gingen openmaken zodat ik kon kijken maar in de plaats daarvan, smeerden ze haar buik vol met een smurrie om dan op een scherm naar wat vlekken te kijken. Ik vond het maar raar en ik hoop echt dat de baby er wat mooier en meer als een mensje gaat uitziet als hij of zij er binnen een paar dagen gaat uitkomen.

Buiten heel het baby-gedoe, gaat het leven hier natuurlijk zijn gewone gangetje. Ik ga bijna elke dag naar het klasje bij juf Sigi. Meestal vind ik dat wel leuk. Elke week leren we wel iets anders. Zo mochten we vorige week plantjes planten en deze week leren we over allerlei kriebelbeestjes.

Ik heb de afgelopen maanden ontzettend veel bijgeleerd, vooral veel wat met praten en denken te maken heeft. Ik denk dat ze heel erg trots op me zijn en dat ze daarom soms zo moeten lachen als ik bepaalde dingen zeg of vraag. Even verduidelijken met een aantal voorbeeldjes:
– Onlangs had ik last van mijn oren en moest ik oordruppeltjes laten indoen. Mama vertelde me dat ze de druppeltjes in het gaatje van mijn oor ging doen waarop ik dan vroeg 'waar het gaatje van mama is'. Toch geen rare vraag, ofwel?
– Ook kreeg ik een rare blik toen ik zei dat de boekjes van de 'boeketheek' kwamen
– Toen ik zag dat ik een schrammetje had op mijn arm en ik dus tegen mama ging vertellen dat ik 'een stukje arm kwijt was', zag ik ook een fiere glimlach om haar mond
– En ook toen ik een waarschuwing kreeg dat ik iets niet mocht afpakken van Florien en hierop zei 'dat ik mijn best zou doen', moesten ze zich hier omdraaien om hun fierheid voor me te verbergen.
– Ik probeer me ook goed in te leven in de gevoelens van anderen. Zo zie ik heel snel wanneer mama of papa boos of verdrietig zijn en dan vraag ik er ook achter en probeer ik hen te troosten. Toen mama onlangs een beetje verdrietig leek, heb ik haar dan ook gevraagd of ze misschien 'kaka in de broek' had en daardoor verdrietig was. En toen ze een tijdje daarna terug niet zo blij leek, heb ik haar mijn boke met choco gegeven om haar te troosten.

Vorige week was het volgens mij 'Kerstmis' in het dorp maar blijkbaar moest ik kermis zeggen. Nu ja, dat zijn details hé. We zijn naar die kermis geweest en... ik heb mijn angst overwonnen. Ik heb het nooit voor paardenmolens gehad maar nu ben ik er 4 keer achter elkaar op geweest! Zomaar ineens, was mijn angst hiervoor weg. Ik dacht, ik ga eerst bij het moeilijkste beginnen en samen met papa op de botsauto's gaan en als ik dat durf, dan durf ik de rest ook wel aan. Voor het eerst vond ik de kermis echt iets leuk! Maar niet alleen ik vond het fijn, ook mijn zus. Maar dat moet ze jullie zelf maar vertellen.

Ja, de kermis! Echt iets voor mij! Hoe feller, hoe beter. Ik ben echt een 'wildebrats' geworden. Ze zeggen dat ik een hevige mie ben. Misschien is daar iets van aan want ik doe niets liever dan op dingen kruipen, klimmen en klauteren. Zo stond ik onlangs boven op mijn schommelpaard, zonder mij vast te houden. Knap hé! Volgens de oudjes hier is het raar dat ze met mij nog niet op spoed gestaan hebben omdat ik ergens vanaf gevallen ben. Nu ja, ik heb het wel gehad met ziekenhuisbezoekjes want sinds mijn vorig verslagje op deze blog, heb ik nog eens in het ziekenhuis gelegen. Deze keer omdat er vieze beestjes in mijn knie zaten en ik niet meer kon lopen. Gelukkig is dat verleden tijd en laat ik nu elke dag zien dat er met mijn knie helemaal niets mis meer is.

Ik ben trouwens niet alleen hevig in mijn bewegingen en als ik speel, maar naar het schijnt zit dat felle in heel mijn 'zijn'. Ik begrijp niet goed wat ze daarmee bedoelen. Misschien omdat ik heel erg graag nee zeg tegenwoordig? Of misschien omdat ik duidelijk laat merken wat ik wil én wat ik niet wil? Of misschien omdat ik heel erg boos kan worden en hierbij dan op de grond ga liggen of hard met mijn voetjes stamp om mijn punt nog wat duidelijker te maken? Uiteindelijk ben ik een peuter hé en ik word verondersteld om het mijn ouders niet altijd even gemakkelijk te maken. Anders hebben ze immers zo weinig om handen.

Nee is niet het enige woordje dat ik al kan zeggen. Buiten mama en papa, ken ik ook al: op, poes, kijk, bumba, jas, zitten, kip en nog een paar andere woordjes. Kip is trouwens een van mijn favorieten woordjes. Niet omdat het zo mooi klinkt maar wel omdat het zo'n toffe vogel is. Ik heb namelijk iets met vogels. Toen we onlangs naar de dierentuin gingen, vond ik er aanvankelijk niets aan. Die olifanten, giraffen en andere beesten zeiden me totaal niets. Maar toen kwamen we bij de vogels, zo tof!

Volgende keer als jullie op deze blog komen kijken, zal de baby al wel uit mama haar buik gekomen zijn. Ik ben eens benieuwd wat dat nu juist is, zo'n baby. Er gaat geen dag voorbij of ze zijn er hier over bezig. Mijn verwachtingen zijn dan ook hoog. Maar wat ik precies moet verwachten, dat weet ik eigenlijk niet. Ach, zolang het maar niet te koste gaat van de aandacht die ik af en toe nodig heb, zal ik me er wel in kunnen vinden. En anders? Dan span ik Toon wel voor mijn kar want daarvoor heb ik toch een grote broer hé?